Gedachten zijn geen feiten

Heb jij er wel eens bij stil gestaan dat gedachten geen feiten zijn? Dat het slechts mentale gebeurtenissen zijn in jouw hersenen? Je hart pompt bloed rond, je longen wisselen gassen uit en je brein genereert gedachten. Uit onderzoek blijkt dat een mens tussen de 40.000 en 60.000 gedachten per dag heeft. Dat is ongeveer één gedachte per twee seconden. Het is dus behoorlijk druk in ons hoofd.

Negatieve gedachten

Op zich is dat niet zo erg. Het vervelende is dat het overgrote deel van die gedachten negatief is. Ons brein heeft de eigenschap om te focussen op negatieve informatie. En dat is niet voor niets. Dat heeft te maken met ons oerbrein. Door uit te gaan van het slechte, hadden onze voorouders meer kans om te overleven. Ze herkenden potentieel gevaar meteen en konden snel vluchten.

Tijden veranderen, maar deze focus op negativiteit is er nog steeds. Je kunt bijvoorbeeld verschillende complimentjes krijgen, maar wanneer je één negatieve opmerking krijgt, zul je die het beste onthouden. We kunnen pijn voelen, maar de afwezigheid ervan niet.

Interpretaties

Vaak zijn gedachten ook gekleurd door je verleden of door je gevoelens, je stemming van dat moment. Soms ben je ergens stellig van overtuigd en denk je dat het waar is, maar dat is het eigenlijk niet. En je hebt dit niet door!

Kijk maar eens naar onderstaande beschrijving van Tim.

Tim gaat naar school. Hij maakt zich zorgen om de scheikundeles. Gisteren kon hij de klas namelijk niet onder controle houden. Dat is immers ook niet het werk van een conciërge.

Wat merk je op?


Heel snel denk je te weten hoe het zit. Grote kans dat je in eerste instantie dacht dat Tim een leerling is. Je geeft interpretatie aan woorden. Dan krijg je iets meer informatie en stel je je interpretatie bij. Vervolgens veronderstel je dat Tim een leraar is. Echter, je interpretatie is weer verkeerd. Met het laatste stukje informatie besef je dat Tim de conciërge is.

We produceren continu gedachten en interpretaties. Dat gaat automatisch. Zonder enige zekerheid gaan we er echter vanuit dat ze waar zijn. We leven alsof het feiten zijn.

Overtuigingen

Onze gedachten kunnen een heel sterk effect hebben op wat we doen. Zo kun je bijvoorbeeld denken dat je vandaag een bepaald aantal dingen moet doen. Je herkent dit niet als een gedachte, maar handelt alsof het ‘de waarheid’ is. Je bent ervan overtuigd en daarmee heb je op dat moment een werkelijkheid geschapen waarin je écht gelooft dat al die dingen vandaag gedaan moeten worden.

Stress

Gedachten bepalen heel sterk hoe we ons voelen. We leggen ons zelf vaak onnodige druk op, focussen op het negatieve, blijven hangen in situaties uit het verleden of hebben angsten of maken ons zorgen om de toekomst. Dit alles leidt tot onnodige stress.

Bewustwording

Toen ik een burn-out had, leefde ik alleen maar in mijn hoofd. Alles en iedereen was schuld aan hoe ik mij voelde. Dacht ik…

Pas toen ik een cursus Mindfulness volgde en het thema ‘Gedachten zijn geen feiten’ behandeld werd, viel het kwartje. Ik, alleen ik, was schuld aan mijn burn-out. Het was niet de situatie die ervoor zorgde dat ik me zo voelde zoals ik me voelde. Het was de manier waarop ik met de situatie omging.


Toen dat bewustzijn er was, veranderde alles. En als ik met deze blog bereik dat jij je gedachten als mentale gebeurtenissen gaat zien en niet als feiten, heb ik mijn doel bereikt.

Want alles begint met bewustwording. Op het moment dat je je ergens bewust van bent, kun je er iets mee.

Manieren om je gedachten anders te zien

Hier zijn een aantal manieren die je kunnen helpen in het omgaan met je gedachten:

  • Zie je gedachten als mentale gebeurtenissen in plaats van feiten. Als een gedachte vaak optreedt en gepaard gaat met dezelfde gevoelens is het verleidelijk om erover te denken als waarheid. Maar het is aan jou om te beslissen welk waarheidsgehalte je geeft aan je gedachten en hoe je er mee om wilt gaan.
  • Zet je gedachten op papier. Dan zie je ze op een manier die niet zo emotioneel en overweldigend is. Bovendien kan de onderbreking die ontstaat tussen het hebben van de gedachte en het opschrijven ervan, je even tijd geven om stil te staan bij de betekenis ervan.

Stel jezelf de volgende vragen:

  • komt de gedachte overeen met de feitelijke situatie?
  • is er iets in deze gedachte dat ik in twijfel kan trekken?
  • hoe zou ik er op een ander tijdstip, in een andere stemming over denken?
  • Kan ik ook op een andere manier naar deze situatie kijken?

In mijn volgende blog zal ik hier verder op in gaan.